INFO

     
review: witteMVS
photo©Freddie

comments: mail

CONCERT REVIEW

Deze zaterdag was weer goed voor enige bluesfestiviteiten te Machelen bij Brussel. Yves, Daniel en Rudy liepen behoorlijk zenuwachtig rond, om vijf uur reeds, ruim een uur voor de aangekondigde “deuren”-tijd. Maar ja, hoe zou je zelf zijn. Enkel Belgische acts op het programma, als je weet dat de Amerikaan Bob Christopher reeds tientallen jaren in het Brusselse woont, mogen we dat zo wel stellen.

Vanaf zeven uur kwam het volk dan toch toegestroomd, zij het niet als een woest kolkende bergrivier, dan toch als een rustig voortkabbelend en meanderend bosbeekje. De gemoederen der organisatoren raken van allengs bedaard.

 

De openingsact van het feest is geen onbekende in de streek. Hier dobbert immers zijn boot op het kanaal Brussel-Willebroek.

Little Jimmy, alias Don Croissant, trekt het doek wijd open met zijn hyperactieve act. Kanaal swamp boogie. Behoudens eigen werk zoals “Call Me On the Rockin’ Phone” en “Baby Not Now” brengt hij gekanaliseerde versies van “Smokestack Lightning”, “Jumpin’ Jack Flash” en “House of the Risin’ Sun”. Footstompend en molenwiekend baant hij zich een weg door zijn repertorium. Niet iedereen begrijpt zijn stijl, maar iedereen is er wel van overtuigd dat Mister Croissant leven in de brouwerij brengt. Real blues komt vanuit de buik, en dat is waar de soul gehuisvest is. Vast en zeker in het geval van Jimmy.

 

Tonton en zijn Bluesband zijn als tweede aan de beurt. Ze waren hier reeds op de zesde uitgave van het festival uitgenodigd, waar ze als afterparty werden geboekt. Tonton Bluesband is een bikersband, zowel qua uitstraling, als manier van blues spelen. Ze coveren postwar Chicago blues “Dust My Broom” van Elmore James, “All Your Love” van Otis Rush, maar ook recenter werk van Buddy Guy zoals “Damn Right I’ve Got the Blues” of Steve Ray Vaughan’s “Look at Little Sister”. Niet onverdienstelijk, maar enige originaliteit in de vertolking is enigszins zoek. Ze trachten de originelen zo goed als mogelijk te reproduceren en slagen daar vrij aardig in, maar dat ietsje meer wil er niet uit.

 

 

 

 

 

 

 

 

Bob Christopher and the Moltchanov Brothers zijn zowat de hoofdact vanavond. De in Brussel woonachtige Texaan is in het gezelschap van de gebroeders Igor en Vassili Moltchanov, respectievelijk drums en bass en van  Russische afkomst. Ze openen met “Bob’s Boogie”, een eigen nummer, gevolgd door het obligate “T-Bone Shuffle”. Een hoogtepunt in de show was “I’m in the Mood (for Making Love)”.

Een dieptepunt was de stroomonderbreking die roet in Bob’s eten kwam strooien. Daar kon hijzelf uiteraard niets aan doen. En ook de organisatoren niet. Ze mogen dan van nature groene jongens zijn, hun eigen festival saboteren door licht en klank te laten uitvallen, is wel het laatste waar ze aan dachten.

Een echte panne ? die dan toevallig genoeg samenviel met Earth Hour (een uitvindinkje van de westerse politici, die ons hiermee willen wijsmaken dat ze begaan zijn met het lot van de opwarmende wereld) of een sabotage act van gematigd links groen en rood tegelijk. Hiermee hebben ze dan hun slag thuis gehaald. Woeha. Het bluesminnend publiek bleef er stoïcijns bij, en wachtte geduldig tot er terug licht kwam in de duisternis. Niks aan de hand jongens. Dat werd ook bevestigd door Paul Ambach, die ondertussen was aangekomen : “The show will go on” verkondigde hij. Maar eerst maakte Bob Christopher zijn show verder af. Solo en op akoestische gitaar bracht hij ons enkele prachtige interpretaties van standards als Robert Johnson’s “When You Got a Good Friend”, Byther Smith’s “Got No Place to Go” en een sublieme versie van Canned Heat’s “On the Road Again”. Halverwege dit nummer kwamen de broertjes Moltchanov hem terug vervoegen op bass en drums. En eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat ik Bob liever alleen aan het werk hoor. Dan klinkt hij pas zoals het hoort voor een doorgewinterde bluesman.

 

Paul “Boogieboy” Ambach steekt gewoontegetrouw en routinegewijs van wal met de donderpreek “Let the Good Times Roll”, een zelfverheerlijkend nummer… “watch out, the mighty Boogieboy is in the house…”. “Stormy Monday” wordt gevolgd door “Hallelujah I Love Her So” en daarmee is de Ray Charles toon gezet.

We horen vervolgens nog “I’ve Got a Woman”, “What’d I Say” en “Unchain My Heart” van deze grote meneer, waar Boogieboy aldus en misschien onverdacht een hommage brengt. Tijdens “Bring It On Home” brengt de  trouwe bluesdiscipel Michel, door iedere gepatenteerde festivalbezoeker gegarandeerd gekend, een solo op zijn smoelschuif. Hij staat helemaal vooraan aan het podium en Boogieboy die hem in de smiezen heeft, duwt zijn micro onder Michel’s neus zodat de ganse zaal kan meegenieten van harmonica solo. Un Petit moment de gloire.

Het festivalletje verloopt verder zonder pannes. Gelukkig maar. Ze hebben ons vannacht niet enkel een uur licht en muziek afgepakt, maar ook nog eens een uur in zijn gehele hoedanigheid. Het duurt weer een week voor we in onze normale doen zijn. Ook het melkvee weet ervan, heeft boer Blook mij gezegd.

De mannen van Machelen blues daarentegen hebben er alles aan gedaan opdat we deze ongemakken zouden vergeten. Merci boys.

witteMVS